zondag 20 maart 2011

DIE DAG LAZEN ZIJ NIET VERDER

Paolo en Francesca in Canto V van de Hel

Het moet één van de bekendste liefdesverhalen uit de literatuur en beeldende kunst zijn; het tragische verhaal van Paolo en Francesca die hun liefde met de dood moesten bekopen, maar in het hiernamaals eeuwig samen zijn. Zoals Rodin hen toonde in het beeldhouwwerk De Kus in 1886, als twee geliefden die zijn versmolten in een eeuwigdurende omhelzing. Of Gustave Doré die in 1867 verbeeld hoe Dante flauwvalt bij het zien van de benarde situatie van Francesca, terwijl de rondrazende storm hen omringt. Dante Alighieri inderdaad, want het meest bekend is deze scène wel geworden door Dante die Paolo en Francesca ontmoet in de tweede cirkel van de Hel.

Het meesterwerk La Divina Commedia van de Italiaanse dichter Dante Alighieri wordt erkend als één van de grootste werken uit de wereldliteratuur. In dit epos maakt de dichter een pelgrimage door de drie rijken van het hiernamaals; De Hel, het Vagevuur of Purgatorium en het Paradijs. De Hel is verdeeld in cirkels, waar zielen worden gestraft voor de verschillende zonden die zij begaan hebben op aarde. In de tweede cirkel, beschreven in canto V, verblijven degenen die zich tijdens hun leven te veel hebben laten meeslepen door hun wellust, die geheel binnen het principe van contrapasso na hun dood eeuwig meegesleept worden in een storm die symbool staat voor de hartstocht die de zielen toonden tijdens hun leven op aarde.

La bufera infernal, che mai non resta,
mena li spirti con la sua rapina;
voltando e percotendo li molesta.
De helse orkaan, die nooit tot rust komt,
sleurt de geesten daar met zich mee
en beult hen af in tomeloze wervelingen.
Dante Alighieri, De Goddelijke Komedie. Hel V, 31-33. Vertaling: Frans van Dooren.

De twee dichters Dante en Vergilius, die hem begeleid tijdens zijn queeste door Hel en Vagevuur, komen in de tweede hellecirkel een aantal zondaars tegen die bekend staan om hun overspel; Semiramis, Cleopatra, Helena, Achilles, Dido en het Middeleeuwse liefdespaar Tristan en Isolde. Het oog van Dante valt echter op twee schimmen die tezamen vol liefde rondvliegen in de storm; Paolo en Francesca. Dante roept hen nabij en Francesca vertelt hem welwillend hun verhaal. In 1275 werd zij uitgehuwelijkt aan Gianciotto Malatesta. Zij echter, dacht dat zij zou gaan trouwen met zijn jongere en veel knappere broer Paolo da Rimini. Zij worden smoorverliefd op elkaar, maar Francesca moet uiteindelijk toch in het huwelijk treden met Gianciotto. Ook Paolo trouwt met een ander, maar jaren later geven zij tijdens het lezen van het verhaal van Gallehaut toch toe aan hun liefde. Het tweetal leest een boek over de romantische geschiedenis van Lancelot, de ridder van de Ronde Tafel die verliefd werd op Guinevra, de vrouw van koning Arthur.

Op een dag lazen we voor ons plezier over Lancelot en de liefde die hem in het nauw dreef: we waren alleen en koesterden geen enkele argwaan. Meermalen gebeurde het tijdens het lezen dat onze ogen elkaar ontmoetten en wij verbleekten. Maar één punt was het ten slotte dat ons overwon. Toen wij lazen hoe die grote minnaar Ginevra's blijde gezicht vol vurige begeerte kuste, drukte deze, die nooit van mij gescheiden zal worden, zijn lippen op mijn mond terwijl hij beefde over heel zijn lichaam. Het boek en degene die het schreef brachten ons bij elkaar: die dag lazen wij niet verder.
(Dante Alighieri, De Goddelijke Komedie. Hel V. Vertaling: Frans van Dooren)

Als zij lezen over de kus die Lancelot geeft aan Arthurs vrouw Guinevra, kussen ook zij elkaar. Dat ze de ogen opslaan en hun gezicht van kleur verandert tijdens de ontdekking van elkaars liefde is een middeleeuwse motief dat in vele teksten is terug te vinden. Door het verhaal raken zij verstrikt in hun onwettige liefde, en daardoor wordt Gallehaut, de schrijver van de roman en degene die Lancelot en Ginevra tot elkaar bracht, verantwoordelijk gesteld voor hun overspel. Impliciet levert Dante hiermee kritiek op de ridderromans van zijn tijd, en met name op de amoureuze passages hierin. Maar zoals de laatste regel vertelt, op het moment van de kus van Paolo en Francesca worden ze betrapt door Gianciotto die beiden in woede doodsteekt. Omdat ze hun zonden niet meer kunnen opbiechten, belanden ze in de hel waar de twee geliefden gedoemd zijn voor eeuwig samen te blijven in de continue wervelwind.

Eerder heeft de schim van Francesca, in regel 100 tot en met 107 van het canto, aan Dante een welsprekende beschrijving van de Kracht van de Liefde gegeven.

100 Amor, ch'al cor gentil ratto s'apprende,
prese costui de la bella persona
che mi fu tolta; e 'l modo ancor m'offende.
103 Amor, ch'a nullo amato amar perdona,
mi prese del costui piacer sì forte,
che, come vedi, ancor non m'abbandona.
106 Amor condusse noi ad una morte.
Caina attende chi a vita ci spense.”

Liefde, die een edel hart snel overmeestert, deed hem die hier bij mij is ontvlammen voor de schoonheid die mij werd ontnomen; en de manier waarop dat gebeurde grieft mij nog steeds.
Liefde, die niet toestaat dat iemand die bemind wordt op zijn beurt níet bemint, deed mij zó'n groot behagen in hem vinden dat hij mij, zoals gij ziet, zelfs nu nog niet verlaat.
Liefde bracht ons tot een en dezelfde dood: de diepste hellekring wacht hem die ons het leven benam, '
Dante Alighieri, De Goddelijke Komedie. Canto V: 100-107. Vertaling Frans van Dooren.
 
Liefde, als passie van de geest, is de edelste van de passies en heeft zo'n kracht dat zij niemand die ook maar wordt bemind, spaart. Wanneer de liefde iemands pad kruist, deze persoon dus bemind wordt door een ander, wordt diens hart gevuld met liefde en zal deze dus wederzijds zijn. Dante volgde in zijn werken de "dolce stil novo”, wat wil zeggen dat de beminde vrouw geïdealiseerd wordt en op een voetstuk staat (zoals bij de hoofse liefde uit de Middeleeuwen). Francesca maakt Dante hiermee duidelijk waarom de liefde tussen haar en Paolo zo sterk is. Hoewel de liefde niet juist is, ze plegen overspel, heeft de Kracht van de Liefde ervoor gezorgd dat de liefde zo puur en sterk is dat deze na de dood blijft voortbestaan.

Paolo en Francesca zijn echter niet de enigen die eeuwig branden in de Hel. Zoals Kaïn die zijn broer Abel vermoordde door verraad, vermoordde ook Gianciotto zijn broer Paolo; en voor dit verraad wacht hem de diepste hellekring. Ook Francesca vermoordde hij, tijdens het lezen over de liefde tussen Lancelot en Guinevra. Die dag lazen zij niet verder. 

Bibliografie:

* Dante Alighieri, De Goddelijke Komedie. Vertaald door Ike Cialona en Peter Verstegen. Amsterdam 2004.
* Dante Alighieri, De Goddelijke Komedie. Vertaald door Frans van Dooren. Amsterdam 2010. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten